Nietige en verweesde havens

Nietige en verweesde havens

Zij zwalpt op de woeste zeeën van de kennis om haar grenzeloze dorst naar inzichten te bevredigen maar stuit niet op kennis, neen het is enkel een weten een herhaling van historische feiten een reproductie van subjectieve herhalende inzichten, zelfs dat niet, zij stoot op meningen eenvoudige doxia’s op ledige invullingen waardoor zij helaas aanmeert in nietige duistere haventjes die niet haar bestemming waren. Havens, aanlegplaatsen met een banale taligheid en onbestemdheid waar niet het Niets maar de nietigheid heerst.

Door de storm van de dagelijkse meningen is zij zeeziek moet ze kokhalzen, groene brokken als fysieke expressie van haar aversie van de vergroende ideologische domheid en het klimaat fascisme.

Aangekomen in deze bizarre lugubere havens bevolkt met nietige onderkruipers weet zij dat haar verdere reis veel meer eisend zal worden want zij zoekt niet de havens om thuis te zijn maar de stormachtige existentiële plaats van continue verwondering dat ruimte tot ontberging schenkt. Een haven is een plaats van vertrek, als hoop, maar ook de plaats van aankomst, de fysieke dood.

De vaart tussen beide havens is de trots, de onbevredigbare zoektocht naar het zijn, de ultieme zelfloosheid op de turbulente stormen van de oceanen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *